13 OKTOBER 2020 // TON
Ik was een aantal jaren geleden met een cliënt bij een notaris. Hij wilde zijn testament herzien en een deel van zijn vermogen aan een stichting overdragen tegen uitreiking van certificaten om te voorkomen dat de betreffende erfgenaam dat deel in de kortst mogelijke tijd zou opmaken. Er zouden om die reden bepaalde bankrekeningen aan de stichting worden overgedragen, althans zo was het in de concept-akte geformuleerd.
De cliënt merkte echter op dat het juridisch niet mogelijk is een bankrekening over te dragen. Een bankrekening op zichzelf is niets, het is geen geld, je kan dus niet overdragen. Een bankrekening is “slechts” een vordering op de bank, zo sprak hij. Degene op wiens naam de bankrekening staat is een schuldeiser van de bank. Gaat de bank failliet dan kan eerstgenoemde zijn vordering bij de curator van de bank indienen, zoals andere schuldeisers, bijvoorbeeld leveranciers. Het was voor mij een eye-opener. Vandaar ook dat de overheid toentertijd de banken redde, anders zouden de spaarders “hun” geld (vordering) zijn kwijtgeraakt. Vandaar ook dat er een depositogarantiestelsel is, hoewel dat slechts dekt tot € 100.000 per bankrekening.
Van dat leermoment, dat een bankrekening slechts een vordering op de bank is, maakte ik eind 2019 dankbaar gebruik toen ik een zogenoemd Open fonds voor gemene rekening (Open fonds) voor een andere cliënt en diens kinderen ging opzetten om de belastingdruk van box 3 (flink) te matigen. Eén van de eisen aan zo’n fonds is dat een deelnemer aan het fonds voor niet meer dan 90% van het kapitaal inbrengt.
Maar de kinderen hadden, zoals vaker het geval is, niet genoeg geld om in gezamenlijkheid 10% van het kapitaal van het fonds bijeen te brengen. Om dat op te lossen wilde cliënt dat geld aan zijn kinderen schenken. Echter de bankrekening waarop het geld “stond” leverde een mooie rente op en de bankrekeningen waarop de schenkingsbedragen zouden worden overgemaakt niet. Dat zou een met het Open fonds te behalen fiscaal voordeel gedeeltelijk teniet doen. Al discussiërend over wat te doen schoot mij opeens de opmerking van de andere cliënt door het hoofd: een bankrekening is slechts een vordering. Wat is een kenmerk van een vordering? Juist ja, die kan je overdragen, ook wel cederen genoemd. Zo is het uitgevoerd. Cliënt droeg een onverdeeld deel van de vordering op de bank over aan zijn kinderen in de vorm van een schenking. Het geld kon op die manier op de bankrekening blijven staan. Geen renteverlies en fiscaal voordeel behouden.
Weer wat geleerd (van een cliënt).